Na jarenlang in de detailhandel te hebben gewerkt en met eigen ogen gezien te hebben hoe vervuilend de kledingindustrie is voor de planeet besluit de Haagse Giselle van der Star (30) het heft in eigen handen te nemen. Met haar eigen Atelier Jungles maakt ze samen met haar team duurzame, lokaal geproduceerde basics. Haar missie? Bewustwording creëren onder klanten die niet automatisch voor duurzaamheid kiezen. “Ik wil duurzaamheid voor iedereen bereikbaar maken!”
Duurzame keuze als logische keuze
Een écht duurzaam, voor iedereen toegankelijk merk, dat had Giselle voor ogen toen ze zes maanden geleden de deuren van Atelier Jungles opende. “Ik wil duurzaam consumeren logisch maken, laten zien dat het heel dichtbij ‘de gewone vrouw’ staat. We proberen onze kleding daarom zo draagbaar mogelijk te maken, met hier en daar een uitschieter. Sterke basics, die iedereen in de kast wil. Onze kleding is niet trendgevoelig, waardoor je de stukken jaren kunt dragen. Een goede pantalon, een mooie witte blouse: items die de tand des tijds doorstaan. Bovendien zijn wij beschikbaar in álle maatranges. We bieden standaard maat s tot en met xl aan, maar bieden ook een made to order optie aan, zodat voor iedereen een perfecte pasvorm gecreëerd kan worden.”
Teruggeven aan de maatschappij
Die inclusie staat voor Giselle niet los van de duurzame items die ze produceert. “Duurzaamheid is voor ons niet alleen het kopen van een item dat is gemaakt van ecologisch katoen, maar nadenken over je impact over de gehele linie van je bedrijf. Ik wil met Atelier Jungles teruggeven aan de maatschappij. Ons team is daarom gemêleerd: ik wil samenwerken met mensen van alle leeftijden met verschillende achtergronden. In samenwerking met de gemeente Den Haag heb ik daarom een team samengesteld van mensen die in Nederland minder kans maken op een baan omdat ze niet in de standaard profielen passen. Het zijn mensen die soms nog wat dingen te leren hebben: Syrische vluchtelingen die de taal nog niet spreken, jongeren met psychische problemen of mensen met lichamelijk letsel waardoor ze voor andere werkgevers minder waardevol zijn. Ik vind het niet erg als mensen niet in het standaard plaatje passen.”
Duurzaamheid als rode draad
In alles wat Giselle doet met Atelier Jungles speelt duurzaamheid een grote rol. “We gebruiken biologisch textiel en natuurlijke kleurstoffen en kopen deadstock – overgebleven stoffen van grote fabrieken die normaliter verbrand of vernietigd worden – op. We produceren waar mogelijk lokaal, zorgen dat ons verpakkingsmateriaal biologisch afbreekbaar of recyclebaar is en willen ook in onze verzendmethodes 100% C02 neutraal worden.” Bijzonder is hierbij de reparatieservice van Atelier Jungles. “Je kunt hier niet alleen je hier gekochte items laten repareren over vermaken, maar ook die ene favoriete broek die inmiddels gaten heeft op laten lappen. Ons naaiatelier probeert waar mogelijk de items te repareren of te upcyclen, maar als dit écht niet meer kan dan nemen we je kleding in en recyclen we de stof. Jij krijgt 10% korting op je volgende aankoop, en je oude broek wordt ‘vervezelt’ zodat er nieuw materiaal van gesponnen kan worden.”
Geen groene goeroe
Giselle ziet zichzelf ondanks haar missie zeker niet als groene goeroe. “Ik ben niet opgegroeid in een duurzaam gezin, maar door m’n werk in de detailhandel kwam ik erachter dat de kledingindustrie zo onnodig vervuilend is. Het is zo’n gesloten industrie, bijna niemand weet wat er zich achter de deuren afspeelt. Ik ben me langzaam maar zeker steeds meer gaan verdiepen in duurzamer consumeren. Dat begon met de H&M Conscious-lijn, maar ging steeds verder. Duurzaamheid is niet alleen maar kleding, het is ook nadenken over welk wasmiddel je gebruikt. Het werd voor mij steeds belangrijker dat ik iets kon teruggeven aan de aarde. Hoe kunnen we de vervuilingsstromen verminderen, arbeiders een eerlijk loon betalen en materialen gebruiken die niet belastend zijn voor het milieu zonder dat je als consument meteen in diep in de buidel moet tasten? Ik kwam erachter dat, om dat te kunnen bereiken, ik het zelf moest doen, in het diepe moest springen. Ik moest mezelf de vraag stellen: hoe belangrijk vind ik die duurzaamheid nog als ik zelf risico loop? Het antwoord is Atelier Jungles.”
Foto’s @tessfluit
