Vijf inspirerende voorbeelden van Urban Farming

Urban Farming, city farming, vertical farming of in goed Nederlands: stadslandbouw. Allemaal benamingen voor deze trend, die in verschillende wereldsteden serieus voet aan wal lijkt te zetten. Het verbouwen van groente, fruit, eetbare bloemen, maar ook het houden van bijen in de stad. En dan hebben we het niet over dat particuliere moestuintje op je dakterras, maar over eetbaar groen op grote schaal. Dat kan in ruimtes waar geen daglicht komt, maar het kan ook op muren, daken, braakliggend terrein of zelfs op boten. Op die manier breng je vers voedsel, in een kortere keten, dus met een kleinere ecologische voetprint, naar de bewoners van de stad.  En dat is hard nodig, want meer dan de helft van de wereldbevolking woont in de stad en de Verenigde Naties voorspellen dat dat in 2050 opgelopen zal zijn naar 66 procent.  

HetkanWEL zet vijf inspirerende voorbeelden van urban farming op een rij.

New York

Aankomende vrijdag legt de drijvende voedseltuin Swale weer aan in New York. Deze schuit met groente, fruit en eetbare bloemen ligt gedurende de hele zomer op verschillende plekken in Brooklyn en de Bronx. De bedenker van dit project is kunstenaar Mary Mattingly. Zij constateerde twee jaar geleden dat al het voedsel in New York van buiten de stad kwam. Hierdoor was het niet alleen minder vers, maar zorgde het ook voor vervuiling door het vervoer en de verpakkingen, die nodig waren. Bovendien was het niet overal in New York even makkelijk om verse groenten en fruit voor een betaalbare prijs te kopen. Daarom kunnen bewoners van de stad op deze boot gratis komen plukken en proeven en mogen ze mee naar huis nemen wat ze nodig hebben.

Parijs

Parijs kwam deze maand met het bericht dat de gemeente een derde van de groene ruimte wil veranderen in stadslandbouw. Burgemeester Anne Hidalgo, die in 2014 werd gekozen, verklaarde dat ze van de Franse hoofdstad een groenere stad wilde maken. Doel is om in 2020 100 hectare aan daken en  muren begroeid te hebben met groente en fruit. Er zijn al meer dan 70 bedrijven die graag willen meewerken aan dit project. Maar urban farming begon al eerder in Parijs: in 2014 bouwde La REcyclerie al een enorme stadsboerderij rondom een café dat in een verbouwd treinstation is gevestigd.

Shanghai

Het project van 100 hectare verdeeld over heel Parijs klinkt bescheiden als je kijkt naar het initiatief van het Amerikaanse landschapsarchitectenbureau Sasaki Associates. Zij willen één stadsboerderij met datzelfde oppervlakte realiseren in de Chinese stad Shanghai met als doel een duurzaam voedselnetwerk. Op deze boerderij worden meerdere gewassen in lagen boven elkaar gekweekt. Daarnaast worden er ook vissen gekweekt. Door gebruik te maken van aquaponics kan het water waarin de vissen zwemmen gebruikt worden als voeding voor de planten. Met dit project verwachten de architecten te kunnen voldoen aan de groeiende vraag naar duurzame en lokaal geproduceerde maaltijden in Shanghai.

Linköping

Het Zweedse Plantagon (niet te verwarren met het Pantagon) ontwerpt kantoorgebouwen waarbij de ene helft van het gebouw uit kantoren bestaat en de andere helft uit een gigantische binnenboerderij. Het pand moet dan ook heel toepasselijk de World Food Building heten. Het gebouw in de Zweedse stad Linköping zou volgens planning in 2020 af moeten zijn. Dan wordt er groente en fruit geteeld met behulp van de hydryponic methode, waardoor er niet gigantisch veel land nodig is om succesvol te zijn. De binnenboerderij bevindt zich aan de zuidkant van het gebouw en heeft een enorme glazen facade om zo maximaal licht binnen te laten.

Den Haag

Deze maand opent The New Farm haar deuren in Den Haag met zes verdiepingen en een dak vol stadslandbouw. In 2016 opende Urban Farmers hier al de deuren op het dak van het voormalig Philipsgebouw. Zij bouwden hier Europa’s grootste commerciële aquaponic dakboerderij waar stadsgroenten en vis worden gekweekt. De mest van de vissen wordt weer gebruikt voor de teelt van de planten. Blijkbaar is ook hier de trend van de stadslandbouw niet te stuiten, want nu – twee jaar verder-  is niet alleen het dak gewijd aan urban farming, maar het hele pand met nieuwkomers als Haagse Zwam en Rebel Urban Farms.