De meesten van ons moeten een behoorlijke drempel over als het over zelfbouw gaat. We komen met excuses als ‘ik heb twee linkerhanden’ en ‘het is zo’n gedoe’, maar als je die gedachten even parkeert blijkt zelfbouw de ideale oplossing te zijn om aan een betaalbaar droomhuis te komen. “Het is gewoon een kwestie van durven doen,” zegt Ruth. Ze woont met haar man en twee kinderen nu bijna een jaar in hun deels zelfgebouwde huis in Deventer.
Toen Ruth Weites en Olger Star na de komst van hun tweede kind meer ruimte wilden, zat er niks anders op dan Amsterdam te verlaten. “We hadden een benedenwoning van 70 m² met twee slaapkamers en een tuin, wat best luxe is voor daar. Maar in Deventer kregen we 130 m² voor de helft van het geld,” rekent Ruth voor. “En omdat we veel tijd met onze opgroeiende kinderen wilden doorbrengen en dus niet allebei 5 dagen in de week wilden werken, was de beslissing snel gemaakt.”
Toch hadden ze ook al snel kritiek op het kersverse nieuwbouwhuis wat ze gekocht hadden. “Alles was van beton gemaakt en de plafonds waren hoog waardoor het heel blikkerig klonk. Bovendien hadden we in deze nieuwbouwwijk niet heel veel zonlicht in huis of natuur om ons heen en dat misten we.”
Uiteindelijk kwamen ze uit bij zelfbouw als dé manier om hun droomhuis te realiseren: gebouwd met natuurlijke materialen, waar genoeg zonlicht binnenviel en in het groen. “We hadden geen ervaring met bouwen: ik werk als projectleider bij het theater en Olger is muziekdocent en heeft een master Industrieel Ontwerpen afgerond aan de TU Delft. Maar hij heeft wel echt zo’n Pipi Langkous-instelling: hij gaat op onderzoek uit, vindt het leuk om nieuwe dingen te leren en gaat het gewoon doen.”
En dus schreven ze zich in 2019 in bij twee zelfbouw-projecten: de natuurinclusieve wijk Olstergaard in Olst en De Tuinen van Zandweerd in Deventer. “Bij beiden werden we uitgeloot,” vertelt Ruth. “Maar bij beide projecten kwamen ook weer kavels vrij omdat mensen zich om allerlei redenen toch ook weer terugtrokken.” Uiteindelijk werd het de natuurinclusieve wijk in Deventer, vlakbij de IJssel.
“In 2022 kregen we te horen dat we de kavel hadden. Dan duurt het nog 9 maanden voordat je de kavel daadwerkelijk kan kopen, omdat alle plannen eerst nog goedgekeurd moeten worden door de gemeente. Daarvoor werk je samen met een architect aan je ontwerp, een constructeur rekent alles door en dan zoek je een aannemer. Wij kwamen via de architect van De Woonpioniers bij aannemer Laurens Schasfoort Van Nature Duurzaam.”
“Dat was een hele relaxte gast. Hij werkt met een flexibel en kundig bouwteam, waarvan er altijd zo’n 3 of 4 bezig waren in ons huis. En hij stond er open voor dat Olger zonder enige bouwervaring als een soort stagiair meebouwde aan ons huis. Daarvoor heeft hij drie maanden verlof genomen en daarna werkte hij twee en een halve dag in de week om de rest van de week verder te bouwen.”
Dat bouwen gebeurde eerst in een loods in Silvolde waar Laurens en zijn team het huis prefab bouwden. “In 2024 begon het werk op de kavel zelf pas met het storten van de fundering. En toen werd in een weekend in februari dat hele huis vanuit de loods naar de kavel gebracht en opgebouwd. Dat was heel bizar om te zien, want dan staat je huis er ineens waar ’s ochtends nog niks stond.”
Uiteindelijk zijn Ruth en Olger in november 2024 in het huis getrokken. “Toen zat er nog geen keuken in en moesten we nog een paar weken in de woonkamer slapen, maar ik wilde op een gegeven moment echt over, ook vanwege de kosten van het huurhuis waar we tijdelijk zaten. En we kunnen heel goed tegen de chaos en viezigheid van zo’n huis waar nog gebouwd wordt en waar overal stof ligt van het zagen en schuren.”
Zelfbouwen brengt een zekere chaos met zich mee, waar je tegen moet kunnen. “Je kunt je in die tijd nergens ontspannen. Normaal, als je na een drukke werkdag thuiskomt, kan je op de bank even relaxen. In een huis dat nog niet af is en waar nog gewerkt wordt gaat dat niet,” concludeert Ruth. Al heeft Olger dat anders ervaren. “Je moet ook flexibel zijn, want de bouw van een huis loopt altijd uit en gaat altijd anders dan je vooraf had bedacht.”
“We waren echt een heel goed team,” concludeert Ruth tevreden. “Olger bouwde heel hard aan ons huis, terwijl ik werkte en het gezin draaiend hield en als projectmanager de financiën en planning in de gaten hield. Dat werkte goed.”
Inmiddels heeft Olger de smaak goed te pakken en gaat hij niet alleen voor aannemer Laurens werken, maar geeft hij inmiddels zelf ook workshops in de buurt over leemstucen bijvoorbeeld. “Hij leert mensen dat ze gewoon moeten durven, want je kan meer dan je denkt.” Hij bouwde simultaan met de bouw van het huis een extra werkruimte van ca. 25 m² achter het huis, waarbij hij alles wat hij leerde tijdens de bouw gelijk in de praktijk kon brengen. “Na het globale ontwerp gemaakt te hebben ben ik gelijk 2e hands deuren, kozijnen en dakramen gaan zoeken, daar is vervolgens de hele ruimte omheen heb gebouwd,” vertelt Olger.
Voor Mark van der Net is zelfbouw iets meer in zijn comfortzone. Hij studeerde bouwkunde aan de TU in Eindhoven en verhuisde bijna 5 jaar geleden met zijn vrouw Saar Scheerlings naar een oude boerderij in Frankrijk. Na eerst de oude boerderij verbouwt te hebben, bouwt hij nu een nieuw gastenverblijf van 50 m² op het terrein, vlakbij Dijon.
“Het is een supersimpel ontwerp, wat het veel makkelijker maakt dan de verbouwing van een het oude huis uit de laat 19e eeuw met al die gekke hoekjes. Het stapelen van strobalen is echt niet zo ingewikkeld,” lacht hij. Hij heeft er zijn missie van gemaakt om het huis te bouwen met hyperlokale materialen. Zo komen de strobalen voor de muren van het land van de buren.
“Een bevriende boer van een paar huizen verderop kwam met een hele oude balenpers aanzetten. Die rijdt over zo’n lijntje stro heen en perst er een baal van. Anno nu persen ze stro in rollen, dat is veel sneller, maar daar kan je niet mee bouwen. Dat ding ging ook nog even kapot trouwens, maar dan is er weer iemand in het dorp wiens vader die machine ooit aan de vader van de boer heeft verkocht en die repareert hem dan. Zo gaat dat hier in Frankrijk.”
“Bouwen met stro kost niks, dus dat is geweldig! Als we ecologisch isolatiemateriaal van deze dikte hadden gebruikt, dan waren we zeker 5.000 euro kwijt geweest. Nu kostte het 300 euro aan balen stro,” rekent Mark uit.” De komende dagen gaat het dak dicht, met gerecyclede dakpannen van het oude huisje. “Dat scheelt ook heel veel geld. We hoefden ze alleen maar schoon te maken.”
“Zodra de pannen erop liggen, gaan we kijken wanneer we het stro gaan dichtsmeren met leemstuc. Daar hebben we dan alle tijd voor, want door de brede overstek blijft de werkplaats droog. Ook de leem komt uit een lokale bron: die kleideeltjes schep je zo uit de grond.”
“Dat stucen moet je met de hand doen: gewoon lekker smeren. Mijn familie komt langs om de hele herfstvakantie te helpen. Ik probeer in ieder geval het stucen van de buitenmuur voor de winter af te hebben, omdat het niet goed droogt als het te koud wordt. Binnen droogt het makkelijker, want als ik daar een verwarmingsbron heb aangelegd, is het gewoon een kwestie van stoken.”
Stro en leem zijn een goede combinatie, omdat leem ademt waardoor het stro niet gaat broeien als er nog wat vocht in zit. “Een groter probleem zijn de muizen. Die bouwen graag een nest in het stro, dus we moeten goed opletten dat er geen plekken zijn waar ze door het leem heen kunnen breken. Dat heeft wat aandacht nodig, maar volgens de gasten hier die ervaring hebben met strobouw valt het allemaal wel mee.”
Mark realiseert zich dat zijn manier van zelfbouw niet voor iedereen is weggelegd, maar er zijn verschillende opties om een huis van stro te bouwen. Zo kan je er ook voor kiezen om kant-en-klare bouwstenen van stro te gebruiken, zoals het Nederlandse bedrijf StroBOX die maakt. Sarah de Groot bouwde hier haar eigen huis in Olstergaard mee (haar verhaal lees je in ons boek Anders Wonen)
“Samen met De Woonpioniers wil ik alle kennis om zelf een huis te bouwen online delen als een soort van recept waar je een maaltijd mee bereidt. Natuurlijk zijn er altijd dingen die je door een expert moet laten doen, zoals het doorrekenen van de constructie bijvoorbeeld. Maar in principe is zelfbouw een goede optie als je niet te veel geld hebt, maar wel tijd en vrienden die je willen helpen.”
Kijken of zelfbouw iets voor jou is? Op dinsdag 28 oktober om 20.00 uur geeft architect Daniel Venneman van De Woonpioniers een live online masterclass over zelfbouw. Van tiny house tot eco-villa en van (bijna) alles zelf doen tot (bijna) niks zelf doen: de Woonpioniers hebben al talloze zelfbouwers geholpen met het realiseren van hun droomhuis, zowel particulier als collectief. En zowel koop als huur. Hier vind je meer info over de masterclass.
“Ons huis van stro kost 20.000 euro, inclusief keuken. Het hout is hier even duur als in Nederland, het stro is ietsjes goedkoper. We hebben ook gerecyclede kozijnen gebruikt: die markt is in Nederland juist veel groter, omdat het een handelsland is en iedereen nog wel een partijtje heeft liggen ergens. Het voordeel van Frankrijk is dat de regelgeving wat minder strikt is en dat er meer ruimte is.”
Mark wil met zelfbouw graag een alternatief bieden om de woningnood op te lossen. “We moeten mensen meer keuzes geven. Er zijn veel mensen die best lekker zelf willen bouwen, maar die het onmogelijk wordt gemaakt door de ingewikkelde regelgeving en de benodigde berekeningen. Wij willen zelfbouw simpeler maken voor mensen die geen dikke portemonnee hebben. Met hard werken, de hulp van vrienden en familie en de nodige creativiteit kan je gewoon een mooi huis bouwen voor een redelijke prijs.”
Wyke Potjer is content manager van hetkanWEL. Ze heeft journalistiek gestudeerd en werkt sindsdien fulltime voor landelijke radio, televisie, print en online media. Ze is vegan, heeft geen auto, probeert plastic uit haar leven te bannen en biologisch te eten. Naast haar freelance bestaan als journalist geeft ze yogales (vinyasa en yin).
Reacties
Geen reacties