5 tips: zo herken je duurzame kleding

Er is iets voor te zeggen om tweedehands kleding te kopen of kleding te ruilen, lenen of huren. Stuk voor stuk zijn dat goede opties om je kledingkast te verduurzamen. Maar bij hetkanWEL vinden we het ook belangrijk om in duurzame kledingmerken te investeren, omdat dit de pioniers zijn die ervoor zorgen dat duurzame materialen en productiemethoden verder ontwikkeld worden en het ambacht weer terugkomt naar Nederland. Maar hoe herken je die duurzame modemerken?

Een handige app om je een beetje op weg te helpen is ‘Good on you’. Hier kan je merken intikken en checken hoe ze scoren op het gebied van planet (milieuvervuiling), people (uitbuiting) en animals (dierenwelzijn). Stuk voor stuk belangrijke thema’s als het om duurzaamheid gaat. Maar hoewel er veel merken in deze app staan, staan er nog steeds een hoop merken niet in. Wat dan?

Nu duurzaamheid een steeds belangrijker thema is voor de consument, adverteren veel modemerken met toverwoorden als ‘bio’, ‘eco’, ‘planeetvriendelijk’ en ‘recycle’. Op die manier hopen ze de consument te verleiden om er lustig op los te kopen met een schoon geweten. Maar dat is precies waar het vaak misgaat, want veel van deze merken zijn allesbehalve duurzaam en doen dus aan greenwashing. Ze liften mee op een trend of tijdsgeest zonder het echte werk te doen.

Maar hoe herken je dan duurzame kleding als je het merk niet kent en niet per se in een duurzame winkel staat? We zetten 5 tips voor je op een rij. 

1. Goedkoop is eigenlijk altijd te mooi om waar te zijn

Wat we ons als consument niet altijd realiseren is dat er een hele keten schuilgaat achter een kledingstuk. Van de boeren die de katoen verbouwen tot de arbeiders die het klaar maken voor bewerking. Van de mensen die er garen van spinnen tot degenen die van dat garen een lap stof weven en het verven. Van de ontwerpers van het kledingstuk tot de naaisters die het geheel in elkaar zetten. En dan hebben we het nog niet eens over het transport, de verkopers in de winkel en de postbode die het pakketje bij je thuis aflevert. Die moeten allemaal betaald krijgen voor hun werk.

Als je daar een simpel rekensommetje op loslaat, weet je dat dat niet kan voor een paar euro per T-shirt. Tenzij er sprake is van uitbuiting en er in zulke grote getalen wordt ingekocht, dat het op de één of andere manier uit kan. Dat betekent wel dat er alleen al in Nederland jaarlijks 1,2 miljoen onverkochte (nieuwe) kledingstukken worden vernietigd, omdat dat de goedkoopste optie is als de dozen met kleding uit het nieuwe seizoen het magazijn worden binnen gedragen. En dat nieuwe seizoen beperkt zich al lang niet meer tot de vier jaargetijden, zo weten we inmiddels.

De vraag is dus: hoe blij ben jij écht met je nieuwe item als je weet dat andere mensen én de planeet hiervoor moeten lijden? Het advies is dan ook: koop minder en koop beter. Investeer in jezelf door duurzame kleding te kopen waar je écht blij van wordt, die je vaak zal dragen en waar je lang mee doet. En investeer op die manier ook in een betere wereld.

2. In Europa geproduceerd, betekent betere controle

Als kledingstukken in Europa gefabriceerd worden, vallen ze sowieso onder Europese wetgeving. Bovendien kan je als merk vaker langs bij de fabrieken en producenten om ook echt te zien hoe het er daar aan toe gaat. Als je kleding bijvoorbeeld in China gemaakt wordt, is dat een stuk lastiger te controleren.

Bovendien hoeven de kledingstukken een minder lange weg af te leggen naar de winkel in Nederland als ze uit Europa komen. Dat scheelt ook weer aan CO2-uitstoot. Check dus in het label waar de kleding gemaakt is.

3. Natuurlijke materialen zijn beter voor het milieu

Ook van het materiaal van de kleding kan je al veel aflezen. Ruimt 60% van onze kleding is gemaakt van kunststof (polyester, nylon, acryl of fleece). Daar is dus aardolie aan te pas gekomen bij de productie en er komen microplastics vrij bij het wassen (en dragen). Dit is ook het geval als een kledingstuk gemaakt is van gerecycled PET. Bovendien vergaat kunststof niet, dus blijft het een eeuwigheid in ons milieu zwerven.

Is het kledingstuk gemaakt van natuurlijke materialen? Ook dan moet je nog steeds alert zijn. Zo is de milieu impact van katoen (waar 40% van alle kleding van gemaakt is) behoorlijk groot. Er is veel grond en veel water voor nodig. Zo slurpt 1 kilo katoen 20.000 liter water: dat leidde onder andere tot het opdrogen van het Aralmeer. Ook worden er veel chemicaliën gebruikt bij de productie en verwerking van katoen. Kies daarom altijd voor biokatoen met een GOTS-keurmerk. Dit keurmerk vind je ook bij biologische wol en andere biologische, natuurlijke materialen als linnen, hennep, tencel en ecovero (duurzame variant van viscose).

Gerecycled textiel is altijd een goede optie, omdat dit gemaakt is van materiaal dat er al is. Nadeel is wel dat nog maar 1% van alle textiel gerecycled wordt en dat het recyclen een ingewikkeld proces is. Zo wordt de vezel van de stof korter, waardoor het minder sterk is en eerder slijt of stuk gaat. Om dit te voorkomen wordt er vaak toch een beetje (gerecyclede) polyester toegevoegd, zodat het kledingstuk sterker is en alsnog lang meekan.

Ook in de categorie leer vallen de nodige keuzes te maken. Vegan leer scoort met name goed als het gaat om dierenleed, maar voor de planeet is het vooralsnog minder duurzaam. Dat heeft te maken met het feit dat veel vegan leer van plastic gemaakt is (dat gaat minder lang mee en is niet afbreekbaar). En dat zelfs plantaardig leer dat bijvoorbeeld gemaakt is van appel, ananas of cactus nog een deel kunststof nodig heeft voor de stevigheid en om langer mee te gaan. Als je kiest voor echt leer, kies dan voor gerecycled leer of duurzaam gelooid leer waar geen chemicaliën aan te pas gekomen zijn.

4. Check hoe transparant het merk is

Echt duurzame kledingmerken hebben vaak uitgebreide informatie op hun website staan over hun materiaalkeuze, de plek waar hun kleding geproduceerd wordt, onder welke omstandigheden en of ze diervriendelijk zijn of niet. Hoe gedetailleerder de informatie, hoe betrouwbaarder het merk.

Dit geldt overigens ook voor het label: hoe concreter dat is, hoe beter. Bij alleen de woorden ‘conscious’ of ‘duurzaam’ moeten de alarmbellen gaan rinkelen, want hoe dan? Om je een handje te helpen heeft de Clean Clothing Campaign een Fashionchecker in het leven geroepen waar je kan zien hoe transparant een kledingmerk is en of ze de mensen in de productieketen een leefbaar loon betalen.

Je kan een merk trouwens ook vragen naar hun duurzaamheidspraktijken. Waar ligt de focus op bijvoorbeeld? Arbeidsomstandigheden, biologische teelt zonder chemicaliën, diervriendelijkheid? Als ze er een goed antwoord hebben, is dat fijn. Als ze dat niet hebben, gaat zo’n merk bij genoeg navraag vanzelf om naar meer duurzaam, omdat het blijkbaar belangrijk is voor de consument.

5.Duurzame kleding tot het naadje

Helemaal 100% duurzaam is bijna geen enkel merk, maar sommige duurzame kledingmerken gaan wel verder dan anderen. Zo kan je ook met verpakkingen of verzorgingstips rekening houden met duurzaamheid en kan een merk ervoor kiezen om bijvoorbeeld alleen met een fietskoerier te werken. Ook de voorraad zegt iets over de duurzaamheid, want als je van alle maten en kleuren een grote voorraad aanlegt, dan is de kans groot dat je met onverkochte voorraden blijft zitten (en dan is vernietiging de goedkoopste optie, zoals we al zeiden). Duurzame kledingmerken letten ook op dit soort aspecten en communiceren daar ook over.

Elements of Freedom is een van de Nederlandse duurzame kledingmerken die hard aan de weg timmert met duurzame én modieuze kleding (zie de foto’s). We mogen 5 bonnen ter waarde van 100 euro weggeven. Abonneer je op onze nieuwsbrief (als je dat nog niet gedaan hebt) en laat in een reactie hieronder weten waarom je graag kans wil maken op één van deze bonnen.

Foto’s: Marie van der Heijden