Groente en fruit bevatten voedingsstoffen die je weerstand op peil houden en zorgen ervoor dat je lichaam voedingsstoffen kan opnemen. Planten maken namelijk chemische verbindingen aan, zoals vitamines, flavonoïden en antioxidanten. Maar planten bevatten ook kleine hoeveelheden mineralen die zij opnemen uit de aarde en de lucht. Die heten “sporenelementen”, omdat ze in hele kleine hoeveelheden voorkomen. Wat zijn deze stofjes en waarom heb je ze nodig om je weerstand op peil te houden?
Vitamines
Vitamines zijn voedingsstoffen, die in kleine hoeveelheden voorkomen in eten en drinken. Ze zijn essentieel om te groeien, ons te ontwikkelen en natuurlijk om gezond te blijven. Wij kunnen vitamines niet zelf maken (of bijna niet) en daarom moeten we ze via onze voeding binnenkrijgen.
Antioxidanten
Antioxidanten beschermen ons lichaam en het DNA in je cellen tegen vrije radicalen. Vrije radicalen zijn stoffen, die schade kunnen veroorzaken aan cellen en weefsel. Antioxidanten is een verzamelnaam. Hieronder vallen onder andere vitamine E en C, maar ook seleen en zin en flavonoïden uit groente en fruit. Astaxanthine is een van de krachtigste antioxidanten, die wordt gemaakt door plankton, algen en planten en beschermt tegen vrije radicalen.
Flavonoïden
Flavonoïden zijn belangrijke antioxidanten en onmisbaar in een gezonde levensstijl. Er zijn veel voordelen aan deze plantaardige krachtpatsers toegeschreven. In samenwerking met bijvoorbeeld vitamine C dragen ze bij aan een het behoud van een heldere geest. Daarnaast is de combinatie goed voor onze gemoedstoestand en ondersteunt de normale werking van de bloedvaten.
Fytonutrienten
Fytonutrienten, ook wel plantenstoffen genaamd, zijn stoffen die van nature in planten voorkomen en soms in geconcentreerde vorm aan voedingsmiddelen worden toegevoegd. Planten maken fytonutriënten om zichzelf te beschermen. Ze beschermen levende planten tegen vraat, bederf en UV-straling en werken bij ons ook zo. Zo beschermt vitamine D in zongedroogde paddestoelen ons tegen UV-licht. En mineralen zitten in alles wat dood is, zoals stenen. Maar ook in alles wat leeft. In planten, dieren en in ons eigen lijf. Bijvoorbeeld in het vocht van onze lichaamscellen, zo’n tweederde van ons gewicht. Eenmaal via de darmen opgenomen in de bloedstroom vervullen mineralen tal van functies. Cellen kunnen er zichzelf mee vernieuwen en delen. Ons lichaam kan er het zuur/basenevenwicht mee handhaven, de spierspanning, de zenuwactiviteit, de hormoonbalans. Mineralen verstevigen botten en stabiliseren het vloeistofpeil in de hersenen.
Kleine hoeveelheden
Vitamines en mineralen heten micronutriënten. Je krijgt ze in kleine hoeveelheden binnen. Denk bijvoorbeeld aan calcium, dat je botten, zenuwen, spieren, bloedvaten, hartritme en bloedstolling ondersteunt. Zwavel is goed voor je huid, nagels, haar en hersenen. Kalium reguleert onze natriumbalans, bloeddruk, spierfunctie, zenuwimpulsen en het verwerken van eiwitten. Natrium is cruciaal voor bloedproductie, spieren, zenuwen, en de vloeistofdruk. Fosfor helpt energie opslaan en vervoeren, stabiliseert lichaamscellen en zenuwactiviteit. Van micromineralen als mangaan, koper, jodium, zink, kobalt, fluoride en selenium heb je dagelijks maar enkele microgrammen nodig. Maar voor de werking van je hormoonklieren en je celstofwisseling zijn ze echt noodzakelijk.
Belangrijke stoffen in onze voeding
Wetenschappers ontdekken steeds meer over het belang van gezonde voeding voor onze gezondheid. En dan niet alleen onze fysieke, maar ook onze mentale gezondheid. Een onderzoek in 2008 van professor Gomez-Pinilla van de Universiteit van Californië demonstreerde hoe mineralen en fytonutrënten de hersenen stimuleren en mogelijk mentale stoornissen voorkomen. Gómez-Pinilla neemt als voorbeeld blauwe bessen, vol mangaan, antioxidanten, virtamine A en K. Die verbeteren leerprestaties en het geheugen. Dit komt doordat de mineralen en fytonutriënten de zenuwuiteinden (synapsen) elastischer maken, waardoor ze meer informatie kunnen verwerken. Maar de rol van fytonutriënten en sporenelementen is een nog grotendeels onontgonnen terrein. Sommige onderzoekers denken dat er wel 40,000 fytonutrienten bestaan.
Vers en uit een gezonde bodem
De meeste fytonutriënten vind je in het fruit en de groenten van het seizoen, gehaald bij de boerenmarkt in je eigen buurt. Omdat die weinig gereisd hebben en uit een gezonde bodem komen, zitten ze tjokvol heilzame voedingsstoffen. Fruit en groente lekt onderweg voortdurend waardevolle voedingsstoffen weg. Hoe langer de reistijd, hoe minder kwaliteit. Snel erbij zijn dus, zo lang het fruit nog strak staat en de blaadjes overeind.
Bronnen: Voedingscentrum, Huffingtonpost, Medical News Today