Het is nog pikkedonker buiten als ik wakker word van het geluid van metaal dat over beton schraapt. Langs het raam raast een gele sneeuwschuiver in een ring van oranje knipperlichtjes. Het heeft gesneeuwd en voordat alles in een dikke plak ijs verandert wordt het van het wegdek geschoven. Het is een tafereel dat we dagelijks te zien krijgen tijdens ons verblijf in de Noorse stad Tromso, 350 kilometer boven de poolcirkel.
We zijn hier om het noorderlicht te zien, de duisternis mee te maken, met husky honden een sleetocht door de sneeuw te maken en door de fjorden te varen om walvissen te zien, de majestueuze bergen te aanschouwen en met een beetje mazzel ook nog een paar elanden te spotten. Noorwegen staat al sinds jaar en dag hoog op mijn wensenlijstje. Het stamt nog uit de tijd dat ik schaamteloos de wereld over reisde en bovenop een bergtop in Torres del Paine (Patagonië, Chili) naar het adembenemende uitzicht staarde toen iemand zei: het lijkt hier wel Noorwegen.
Noorwegen als bestemming
Die reis naar Patagonië blijft tot op de dag van vandaag een van de meest indrukwekkende reizen die ik gemaakt heb en waar verschillende zaadjes werden geplant. Ten eerste zag ik daar met eigen ogen het afbrokkelende ijs van gletsjers en drong de ernst van klimaatverandering tot me door. Ten tweede realiseerde ik me, door die achteloze opmerking van een willekeurige voorbijganger (de mede-toerist op de bergtop), dat je niet altijd ver weg hoeft om overdonderd te worden door de schoonheid van de natuur. Er waren (en zijn) nog hele delen van Europa die ik niet gezien heb en Noorwegen kwam met stip bovenaan mijn bucketlist, al duurde het nog jaren voordat ik uiteindelijk ging.
Hoe kom je in Tromsø?
En daarmee kom ik bij de angel die ik meteen uit dit verhaal wil halen. Want wie naar Tromsø wil, moet vliegen. Althans, als je niet een eeuwigheid aan vrije dagen hebt. Met de auto is het minstens 35 uur rijden (zonder pauze of overnachting meegerekend) door een land waar de zon niet opkomt, de sneeuwstormen elkaar in rap tempo opvolgen en hele gebieden zo dun bevolkt zijn dat hulp in geval nood ver weg lijkt. Het leek me, als onervaren arctische chauffeur, onverantwoord.
Met de trein doe je er drie dagen over met 5 keer overstappen We kregen deze tips van Mareike, die tijdelijk in Tromsø woont:
- DAG 1: Neem de trein van Nederland naar Hamburg (1x overstappen in Osnabruck). Vertrek zo vroeg mogelijk, want de Deutsche Bahn heeft niet de beste reputatie als het op op tijd rijden aankomt en je wil je aansluiting niet missen. Deze trip duurt ruim 5 uur.
- NACHT 1: Neem de nachttrein van Hamburg naar Stockholm. Deze vertrekt rond 22 uur ‘s avonds en komt de volgende ochtend om 10.00 uur aan.
- DAG 2: Je hebt de tijd om een paar uur van Stockholm te genieten voordat je weer doorrijdt.
- NACHT 2: Neem de nachttrein van Stockholm naar Narvik. Die vertrekt aan het einde van de dag (rond 18.00 uur) en komt de volgende dag rond 12.00 uur aan in Narvik. De nachttreinen zijn verrassend comfortabel zegt Mareike.
- DAG 3: Vanuit Narvik neem je de lijnbus naar Tromsø (die vertrekt een paar keer per dag en sluit verrassend goed aan op de trein). Deze vertrekt om 13.00 uur en dan ben je vier uur later (om 17.00 uur) in Tromsø.
Bijbehorende tip is natuurlijk: zie deze treinreis niet als een manier om van A naar B te komen, maar als onderdeel van je vakantie. Toch had ik op dit moment even geen energie voor zo’n lange reis en wilde ik de tijd die ik had vooral doorbrengen in Noorwegen zelf. Het werd het vliegtuig dus (en ik weet dat dit op commentaar kan rekenen, maar ik vind: je kan maar beter eerlijk zijn en de keuze is niet lichtzinnig gemaakt). Om de trip een beetje de moeite waard te maken, besloten we twee hele weken te gaan (in plaats van die paar dagen die de meeste mensen nemen). Ook pas ik voor mezelf een vliegmaximum toe waarbij ik niet meer achteloos tig vluchten per jaar boek, zoals vroeger. Sterker nog: ik moest weer even mijn weg vinden op Schiphol. Maar feit blijft: reizen blijft het zwakke punt in mijn duurzame lifestyle: ik vind het moeilijk niet de wereld af te struinen en me te beperken tot plekken die met de trein of auto bereikbaar zijn, al vlieg ik echt-echt-echt bijna nooit meer.
Boven de poolcirkel: hoe is het echt?
Dat gezegd hebbende: de reis was fantastisch en komt met stip bovenaan op een gedeelde plek met Patagonia. De fjorden, de bergen, de sneeuw, de stilte, de ruimte, het donker: het heeft iets magisch. Waarmee ik meteen een paar ideeën wil ontkrachten die ik zelf had over het leven boven de poolcirkel:
- De zon komt niet boven de horizon in deze tijd van het jaar, maar dat betekent niet dat het 24/7 donker is. Een paar uur per dag schemert het en is het -naar verhouding- redelijk licht.
- Koud is niet zo koud als je denkt, want op -20 kan je je prima kleden (met thermo-ondergoed en een geleende skibroek) en het is een hele andere kou dan die in Nederland (die is waterig en gaat in je botten zitten). De crux zit m in laagjes en vooral: merinowol op je huid dragen.
- Je zou denken dat je 350 kilometer boven de poolcirkel van god en alleman verlaten bent, maar niets is minder waar. Niet alleen wonen er veel expats in Tromsø (die daar als onderzoeker of gids werken of allebei), maar het stikt er ook van de toeristen, waaronder heel veel Aziaten. We vonden Tromsø verbazingwekkend levendig en groot, maar de bijnaam ‘Parijs van het noorden’ vonden we een beetje overdreven.
- Een spontane wandeling in de sneeuw is niet zo makkelijk als het lijkt, zelfs als je sneeuwschoenen aan hebt (je weet wel die tennisrackets onder je schoenen) kan je tot je knieën in de sneeuw wegzakken en zie er dan maar eens uit te komen als je je nergens aan vast kan houden.
- Het Noorderlicht dat we kennen van de foto’s ziet er voor het blote oog heel anders uit. Daar waar foto’s meestal een magere representatie vormen van de werkelijkheid (je had erbij moeten zijn) is dat bij het Noorderlicht niet zo. Op de foto’s zijn de kleuren veel intenser dan wij met ons beperkte mensenoog kunnen zien. We zijn immers geen nachtdieren. Toch is en blijft het een indrukwekkende ervaring die ik niet had willen missen.
Het Noorderlicht
“Het noorderlicht kan je tegenwoordig ook in Nederland zien.” Hoe vaak ik die zin wel niet gehoord heb in aanloop naar mijn reis toen het een paar keer te zien was geweest en daarmee natuurlijk onmiddellijk de media haalde. Zelf had ik het hier gemist en dat is niet zo verwonderlijk, want het noorderlicht zien is niet zo vanzelfsprekend als het lijkt. Ook niet in Tromsø.
- Er moet namelijk genoeg zonne-activiteit zijn, of eigenlijk zonnestormen
- Het moet helder zijn (anders verdwijnt het noorderlicht achter het wolkendek)
- Er moet niet teveel lichtvervuiling zijn (net als bij het spotten van sterren)
- En je moet in het juiste jaargetij gaan (de wintermaanden) en het op het juiste tijdstip (tussen 18.00 en 01.00 uur ’s nachts)
Het ontstaan van het Noorderlicht
Kort en simpel gezegd ontstaat het noorderlicht als gevolg van zonnestormen. Hierdoor worden elektrisch geladen deeltjes van de zon met een gemiddelde snelheid van 400 km/u de ruimte in geschoten (we noemen dat ook wel een zonnewind). Een klein deel van die deeltjes komt bij de aarde terecht en wordt hier door het magnetisch veld van de aarde afgebogen naar de polen (het noorden en het zuiden dus). Door de botsing van deze elektrische zonnedeeltjes met zuurstofatomen en stikstofmoleculen in onze atmosfeer ontstaan lichtdeeltjes. Meestal zien we die als groen, maar andere kleuren, zoals roze, kan ook.
De zon volgt een cyclus van ongeveer elf jaar waarin de activiteit (en dus de zonnewind of zonnestorm) afneemt of toeneemt. Als de activiteit op z’n hoogtepunt is, heet dat een solar maximum. We zitten nu (2024) op zo’n hoogtepunt waardoor de kans groter is om het noorderlicht te spotten (ook buiten de gebruikelijke gebieden zoals Lapland, IJsland en het noorden van Noorwegen). Wij hadden dan ook mazzel en hebben het Noorderlicht drie keer gezien.
Het spotten van het Noorderlicht
Twee keer omdat we vanuit Tromsø zelf de kabelbaan omhoog namen, de berg op, en vanuit daar het Noorderlicht over de bergen, de fjorden en de stad zagen dansen. En een keer omdat we meegingen op een georganiseerde ‘Noorderlicht hunt’, die we geboekt hadden via Better Places. Dit houdt in dat je met zo’n 12 man in een busje uren rijdt om de beste plek in de wijde omgeving te vinden om het Noorderlicht te zien.
Onze verwachtingen waren laag gespannen omdat op de dag van onze hunt een sneeuwstorm over Tromsø en omgeving trok waarbij je ternauwernood een paar meter voor je uit kon zien, laat staan dat de hemel zichtbaar was. Toch wist de (Italiaanse) gids ons, na drie uur rijden, te verrassen met een heldere lucht in een donker bos waar het noorderlicht feller dan ooit boven het donkere silhouet van de dennenbomen danste.
Wil je zelf het noorderlicht zien? Download dan deze apps om je op weg te helpen (hier kan je zien hoe groot de kans is om het noorderlicht te zien op de plek waar jij bent):
Wat te doen in Tromsø:
- Ga het Noorderlicht zien (in de winter), bijvoorbeeld door de Fjellheisen kabelbaan te nemen (dat kost ongeveer 36 euro en boven is een café waar je heel fijn kan opwarmen met een kopje thee of koffie met iets lekkers). Je kan ook een tour boeken met een gids. Dan ga je op Noorderlicht hunt in een minibusje met zo’n 12 mensen. Wij deden dat via Better Places.
- Neem de boot om walvissen te spotten in de fjorden. Er kunnen zo’n 130 mensen op zo’n boot en je kan binnen zitten. Kies voor silent whale watching: dat betekent dat de motor in de buurt van de vissen uitgezet wordt, zodat het geluid hen niet verstoord. Je krijgt op de tocht (3 uur heen, 3 uur terug) regelmatig een minicollege over de walvissen van de gidsen, wat super leuk is. Wij hebben een groep van 12 potvissen gespot (wat heel bijzonder schijnt te zijn op deze plek) en orka’s.
- Ga op een husky slay ride. Ik vroeg me af of dit niet zielig was voor de honden, maar die schijnen er heel blij van te worden. Je moet wel een goede conditie hebben om het te doen, want als je achterop staat, moet je aan de bak. Wij hebben hem helaas gemist wegen ziekte en sneeuwstorm.
- Randonnée is wat de outdoor liefhebbers in Tromsø vooral in de winter doen: dat betekent dat je met je skies of split snowboard omhoog wandelt en dan naar beneden zoeft. Er zijn geen skiliften in de buurt.
- In de winter kan je ook langlaufen over het verlichte Lysløypa.
- In Tromsø zelf zijn tal van caféetjes en restaurants, maar net als in de rest van Noorwegen is het duur en er zijn (nog) niet heel veel vegan opties. Onze favoriet was het Pust Kafé waar je overdag heerlijk kon chillen met eten en drinken en in het weekend ’s avonds terecht kon.
- De eigenaren hebben trouwens ook een fantastische sauna in het fjord, waar je heen kan lopen en een duik kan nemen in het frisse water (geloof me: daar kom je energieker uit dan je erin ging, dus echt de moeite).
- Verder kan je heel lekker en divers eten bij Sumo, aan de haven. Alleen al voor de wc een fantastisch grappige ervaring (daar zeg ik verder niks over). Er staan vegan gerechten op de kaart en de bediening denkt graag met je mee om bestaande gerechten vegan te maken.
- In het stadje zelf heb je genoeg winkels, mocht dat je ding zijn, waarvan een groot deel ook weer gericht is op outdoors activiteiten. Ben je je merino hemd vergeten: geen nood, je koopt het gewoon terplekke.
- Aan de overkant van de brug vind je nog de IJszeekathedraal, die vooral van een afstandje mooi is (en waar de bus langs rijdt op weg naar de kabelbaan).
- Het is ook zeer de moeite waard om een paar dagen in een hut buiten Tromsø in de natuur te zitten. Dan is een auto wel een must: die worden in de winter met spikes op de banden verhuurd (handig in al die sneeuw). Houd er rekening mee dat het sneeuwt en glad is en dat je als onervaren ‘arctic driver’ dus waarschijnlijk langer over de weg doet dan google aangeeft Sowieso zijn de wegen smal en kronkelig en mag je er maximaal 80 km/u. Geen snelweg in de buurt dus.
- En als je mazzel hebt en bijvoorbeeld terug rijdt naar je lodge of cabin vanuit Tromsø na een nachtelijke northern light hunt, dan kom je elanden tegen die de weg oversteken. Het was 3.30 uur ‘s nachts toen dit gebeurde: drie majestueuze beesten die net de weg overgingen toen wij aan kwamen rijden. Het is adembenemend om te zien en het was voor ons een onverwachte traktatie.
Lees ook: hotspots in Oslo.