Minimalisme ten top: Simone woonde twee jaar middenin de natuur in een klein tentje

Het gevoel dat je niemand iets verplicht bent, dat je kan doen waar je zin in hebt. Ontdekken hoe je je dag in wilt delen zonder vooraf gemaakte afspraken. En dat allemaal terwijl je continu omgeven bent door natuur. Dat wilde ik. Ik woonde al anderhalf jaar in een tentje in Nederland terwijl ik online werkte, maar ik wilde méér. Of eigenlijk, minder. Ik wilde zo simpel mogelijk leven, zo vrij mogelijk. Dus zegde ik mijn baan op en voeren mijn fiets, mijn tent en ik in een gure maartnacht de Noordzee over. Naar Schotland.

Hoe het begon

In Nederland woonde ik in een tent op steeds verschillende kampeerterreintjes. Hoewel dat zwaar was, beviel het me goed. Ik had het leven zo ingericht dat ik maar twaalf uur per week hoefde te werken en had de meeste vaste afspraken al geschrapt uit mijn leven. Ik had nog taalles en deed nog een sport, maar je was bij mij echt niet aan het juiste adres om een koffieafspraak voor over vier weken in te plannen. Ik wilde rustig wakker kunnen worden en bepalen waar ik zin in had, mee kunnen deinzen op het ritme van de natuur. 

Leven in een tent

Het contrast met het leven dat iedereen om mij heen leefde – en ik eerder ook – brak me wel een beetje op. Het vereiste veel daadkracht om vanuit een verwarmd huis de zeikregen in te gaan om terug naar mijn kleine tentje in het bos te fietsen, waar ik de hele avond niet veel anders kon doen dan in mijn slaapzak liggen en een beetje mijmeren over het bestaan. Soms voelde ik me dan ook eenzaam, omdat alleen ik die drempel over moest terwijl de wereld om me heen van het comfort van het moderne leven genoot. Maar ik koos er zelf voor.

Afstand tot moderne faciliteiten

Toch kon het anders, dacht ik. Ik wilde juist uitproberen hoe het zou zijn om buiten in de natuur te leven zonder die afleiding of allerlei verplichtingen. Gewoon, ik en de natuur, zodat ik mijn dag volledig kon centreren rondom dat bestaan. En zodat ik ook uit kon testen hoe het zou zijn écht wat meer afstand tot moderne faciliteiten te hebben. Want hoe meer tijd je hebt, hoe meer je je eigen faciliteiten kunt creëren zoals buiten slapen, vuur maken, wildplukken en dingen repareren. En daarmee heb je minder geld nodig, hoef je minder te werken en heb je weer meer tijd! Kon ik gelukkig zijn met een ultiem simpel leven?

Na een paar maanden fietsen bereikte ik de noordelijke kust van Schotland. Ik had er weken opzitten van steile bergen beklimmen, van wildkamperen op de prachtigste plekken, van zeiknat regenen, van zwemmen in de koude zee op zonnige dagen, van zeehonden en -arenden zien, van ultieme stilte en schoonheid. Regelmatig had ik schreeuwend van geluk op de fiets gezeten als ik weer een top had gehaald en naar beneden kon sjezen met uitzicht op bergen en watervallen. Ik had gelijkgestemde mensen ontmoet, op een boerderij gewerkt, zeewier geplukt en papegaaiduikers gezien. Ik leefde vrij en in de natuur en het was fantastisch.

Mental breakdown

Maar het was niet alleen maar rozengeur en maneschijn, want door gebrek aan fietspaden fietste ik vaak op autowegen en werd ik soms krankzinnig van het zoemende geluid van voorbijrazende auto’s – zowel overdag als soms ‘s nachts. Mijn fiets had regelmatig kuren vertoond, en: ik was doodmoe. Ik streek neer op een rustige camping en boekte één nachtje. De dag erna boekte ik er weer een bij, en de dag erna wéér. Uiteindelijk bleef ik er een week lang en deed ik niet veel meer dan languit bij de tent liggen en heel vaak huilen. Ik had er geen zin meer in. 

Misschien was ik net een beetje te ver mijn grens over gegaan. Vanuit een verlangen om te kunnen leven met weinig middelen had ik mezelf in comfort ontzien. Ik at weinig, want ik vond dat ik van weinig moest kunnen leven. Ik fietste veel, want ik vond dat ik sterk moest worden. Ik was voornamelijk alleen, want ik wilde onafhankelijk zijn. Ik kocht geen nieuwe spullen, want dat vond ik slecht voor het milieu. En ik zat nauwelijks in cafés, want dat vond ik elitair (en ik had toch zelf koffie mee?!). En nu had ik het Noorden bereikt, waar vrij weinig te beleven was op een prachtig strand na, en was ik er klaar mee. 

Nadat mijn lichaam me dwong meer te eten – dat moet nou eenmaal als je veel beweegt – sleepte ik mezelf op de fiets om een week later in de eerste stad van die reis te komen: Inverness. Ik genoot daar zo van de ‘beschaving’ en haar moderne faciliteiten, dat ik ging verlangen naar dat oude leventje thuis. Dat was gek, want de afgelopen jaren had ik me compleet geïdentificeerd met het leven in de natuur. Dat was uniek aan mij en het gaf me een concreet doel. Wat ging ik doen met mijn leven als ik me weer zou conformeren aan dat oude? Was ik dan toch niet de vrije zwerver? Viel mijn hele ideaal in duigen?

Verlangen naar mensen en een huis

Een half jaar lang had ik in mijn eentje de uitdagingen van het leven op de fiets in een ander land getrotseerd en mezelf tot primitieve omstandigheden gedwongen. Vanuit dat minimalisme ontdekte ik dat ik eigenlijk helemaal niet afgezonderd van iedereen in een hutje ergens in het bos wil wonen. Ik had juist weer zin om afspraken te maken met mensen, een volle agenda te hebben en mijn wekker te zetten om naar werk te gaan en me productief te maken. Waar ik me de jaren ervoor benauwd voelde in een huis, had ik nu juist behoefte aan de gordijnen dichtdoen en de warme dekens over me heen trekken. Het zette alles weer in perspectief: ik kreeg een herwaardering voor al die fijne dingen die ik als last was gaan zien.  

Er bleken opties te over om eens een grote pauze te nemen van dat leven in de tent. Ik mocht drie weken op een huis en poes passen in Utrecht en vond zelfs een schattig kamertje in mijn geboorteplaats waar ik steeds de helft van de week kan verblijven. Daarmee kom ik tot de ontdekking dat er meerdere mogelijkheden zijn om de kosten laag te houden en veel vrije tijd te hebben die ik in de natuur door kan brengen. Wonen in een tent is daar één van, maar als ik dat even zat ben zijn er ook alternatieven!

Vrij leven

Want de kern blijft: ik wil niet vastzitten aan een fulltime baan om faciliteiten te kunnen betalen die ik eigenlijk niet echt nodig heb en die me beperkt een avontuurlijk en afwisselend leven te leiden. De twee jaar in een tent, waarvan het laatste deel in Schotland, lieten mij inzien welke faciliteiten ik wél echt nodig heb. Dat zijn er een hoop, en dat maakt me minder een diehard dan ik zou willen, maar het maakt me ook gelukkiger. Ik hou van buiten zijn, van afzien, van mijn grenzen verleggen en mezelf uitdagen. Maar ik hou ook van comfort, veiligheid, een warm bed en mijn vrienden om me heen. Afwisseling tussen die twee is key.

Meer lezen over mijn avonturen? Bekijk eens mijn blog www.denatuurverbinding.nl.
Lees ook hoe Simone anderhalf jaar in een klein tentje in Nederland woonde (voor ze naar Schotland ging).

Over de schrijver